De populier is een veelzijdige boom. Dit is te danken aan de vele soorten en klonen en hun uitzonderlijke karakteristieken. Zo zijn er kaarsrechte, zeer snelgroeiende soorten, die uitstekend geschikt zijn voor houtproductie. Maar er zijn ook soorten die het uiterlijk kunnen hebben van een oude eik. Met zijn snelle groei en grote eindhoogte onderscheidt de populier zich van de meeste andere boomsoorten. Deze eigenschappen zijn niet alleen van belang voor de houtproductie, maar kunnen ook nuttig worden gebruikt voor andere functies. Zo is de populier bijzonder geschikt als bosboom, landschapsboom, plantageboom en als stadsboom.
De populier als bosboom
In het recente verleden is de populier vooral gebruikt in landschappelijke beplantingen en in ongemengde populierenbossen, maar de populier is, onder bepaalde voorwaarden ook bijzonder geschikt om te gebruiken in gemengde, multifunctionele bossen. Hier kan hij in eerste instantie snel zorgen voor een bosbeeld, waarna na enige tijd door het verwijderen van een aantal van de populieren bij een eerste dunning en het inbrengen van andere boomsoorten een meer gevarieerde bosstructuur ontstaat met meer afwisseling tussen donker en licht bos. Dit laatste hangt onder andere af van welke andere boomsoorten onder de populieren worden aangeplant.
Snel een bosbeeld
Het is met name de snelle groei waarmee de populier zich onderscheidt van andere soorten. Hierdoor kan hij waardevol zijn voor de natuur- en belevingswaarden van het bos. Met snelgroeiende soorten als populier en wilg kan een nieuwe aanplant al na 10 jaar een boskarakter krijgen. Het zijn beide echte pionierssoorten die van nature een uitgesproken (tijdelijke) rol hebben in de eerste bosontwikkelingsfasen. Onder natuurlijke omstandigheden vestigen populieren en wilgen zich langs de oevers van rivieren en beken. Zodra er na enige tijd een bos ontstaat komen er vanzelf andere boomsoorten tussen, zoals eiken, essen en iepen. Deze soorten zouden op zichzelf geen kans maken in de open en wilde structuur langs de rivieroevers zonder de bosstructuur, die door de populieren en wilgen is gevormd. In dit proces van opvolging van soorten (successie) zullen uiteindelijk de populieren en wilgen langzaamaan verdwijnen en wordt dit zogenaamde rivier begeleidende bos nog uitsluitend gevormd door eiken, essen en iepen. In de Flevopolders zijn met dit uitgesproken pionier karakter van de populier zeer positieve ervaringen opgedaan; kort na de drooglegging van de Zuiderzee en na een eerste vegetatie van riet werd op de locaties, die voor bos waren bestemd in de meeste gevallen een eerste generatie bos aangelegd met populieren of wilgen, veelal gemengd met elzen (elzen leggen stikstof uit de lucht vast in de bodem, waar andere soorten weer van profiteren). Dankzij de aanplant met populieren vestigden zich hier al in een zeer vroeg stadium allerlei soorten planten en dieren, die thuishoren in oudere bossen.
Gevarieerde bosstructuur
Een gevarieerde bosstructuur is van groot belang voor een gezond en goed groeiend bos. Een bos met zo’n gevarieerde structuur biedt levenskansen aan veel verschillende dieren en planten. Er zijn mogelijkheden om te schuilen, voedsel te zoeken en te nestelen. Variatie is ook gunstig voor de natuurbeleving. Bosbezoekers zien graag afwisselende, verrassende en natuurlijk aandoende bosbeelden. De rentabiliteit van de houtproductie in een gevarieerd bos is weliswaar minder hoog dan het maximaal haalbare in een gelijkvormige monocultuur, maar menging biedt wel voordelen ten aanzien van bedrijfszekerheid. Gemengd bos met een afwisselende structuur is minder vatbaar voor ziekten en plagen en is beter bestand tegen brand en stormen. Een structuurrijk, gemengd bos biedt ook mogelijkheden om, zonder al te rigoureuze ingrepen, het bos aan te passen aan veranderende wensen. Bijvoorbeeld door bij dunningen meer ruimte te geven aan productieve soorten, of juist aan bomen die een hoge natuur- of belevingswaarde vertegenwoordigen.
Een gevarieerde bosstructuur is niet meteen na aanleg aanwezig, maar ontstaat pas na jaren. Bij de aanleg van een nieuw bos kan hiervoor echter wel de basis worden gelegd. De populier biedt hiervoor goede mogelijkheden. Door boomsoorten met verschillende groeisnelheden en/of lichtbehoefte (groepsgewijs) te mengen, kan in korte tijd variatie in boomhoogte en -dikte worden bereikt. Zo kan bijvoorbeeld op een rijke grond een groep es/esdoorn of eik worden afgewisseld met een groep populier. Later kunnen de populieren als eerste geoogst worden, maar ook voor aftakelende en dode bomen zorgen. Als het de bedoeling is deze bomen (voor een deel) te oogsten, dan is het verstandig om ze vooral aan de rand te planten om beschadiging van de opstand te voorkomen. Het laten staan van een zeker aantal populieren, die in eerste instantie gepland waren om gekapt te worden zorgde er voor dat grote hoeveelheden roofvogels nestelden in de polder, juist en met name in hoge populieren, die nog stamden van de eerste generatie bosaanleg met die soort.
Afwisseling licht/donker bos
Het afwisselen van plekken met donker bos en plekken met lichter bos is een andere aanzet tot structuurvariatie op de lange termijn. Het licht doorlatend vermogen van populieren kan uitstekend van pas komen voor de ontwikkeling van een rijke ondergroei. In donkere bossen met soorten als beuk of fijnspar zal weinig tot geen ondergroei ontstaan. De transparante kroon van de populier en de relatief grote plantafstanden waarop deze soort normaliter geplant wordt laat voldoende licht door voor een weelderige ondergroei. Dit laatste kan gestimuleerd worden door al bij de aanplant enige struiken mee te planten.
Door slim gebruik te maken van de eigenschappen van de populier kan in een gemengd, multifunctioneel bos de natuur- en belevingswaarde op een hoog peil gebracht worden en kan er tevens goed en veel bruikbaar hout geproduceerd worden.
De populier is lange tijd een populaire boom geweest. Er staan er dan ook heel wat in het Nederlandse en Vlaamse landschap. Mensen op het platteland hebben de populier altijd graag aangeplant. Het is een boom die snel groeit, er fraai uitziet, beschutting biedt tegen zon en wind en zeer bruikbaar hout oplevert. Bovendien zijn populieren uiterst makkelijk te vermeerderen; knip een tak af en steek hem in de grond en in 9 van de 10 gevallen groeit er een nieuwe boom uit. En die boom heeft ook nog eens precies dezelfde eigenschappen als die boom waar de tak vanaf geknipt is. Deze werkwijze kost niks en geeft zekerheid en vertrouwen in een goede afloop. De populier werd veel als rijbeplanting aangeplant en in kleine bosjes. Ze staan bijvoorbeeld langs strakke polderwegen in Noord-Holland, langs kronkelende boomdijken op Zuid-Beveland, of als omzoming bij boerenbosjes of kleine weitjes, maar ook als effectieve windsingels rond fruitboomgaarden. Of van recentere datum; de boerenerven met populieren erlangs en de nieuwe bossen in Flevoland. Er zijn veel verschillende soorten populieren, die verschillende vormen kunnen hebben. Sommige groeien kaarsrecht omhoog, zodat een bos op een kathedraal gaat lijken, maar er zijn ook oude fraaie vrijstaande bomen met volle kronen en populierenbossen waar de bomen allemaal wat krom en schilderachtig zijn. De één vindt het ene mooi, de ander vindt het andere mooi. Over smaak valt niet te twisten, maar door het aanplanten van alle voorkomende vormen komt uiteindelijk toch iedereen aan zijn trekken.
Populieren in Nederland
In grote delen van Nederland zijn populieren al eeuwen verbonden met het landschap, getuige een geschrift uit 1472, waarin staat dat er bij Aardenburg door de St. Baafsabdij bij een landgoed 217 populieren werden aangeplant. Al in de 16e eeuw wordt witte populier en de ’swerte’ of ‘ghemeyne’ populier door Dodoens beschreven.
De oudst bekende populier in Nederland, een Canadese populier, die rond 1822 is geplant nabij de huidige camping De Worp in Deventer. De oudste zwarte populier is te vinden bij het Poptaslot in Marssum. Naar schatting dateert deze populier uit 1850-1860. Als populieren de kans krijgen, groeien ze uit tot reuzen. De hoogste populier is een Canadese populier. Deze populier uit Bronsbergen, Zutphen, had in 2018 een hoogte van 42.40 meter. De hoogste zwarte populier staat in het Volkspark in Zaanstad en meet begin 2019 40.48 meter.
Met een omtrek van 8.05 meter geldt een Canadese populier op landgoed Bingerden in Angerlo als de dikste populier van Nederland. De dikste zwarte populier heeft een omvang van 6.20 meter en is te vinden in het Graaf Adolf van Nassaupark in Heiligerlee.

Bakenbomen langs de Maas.
Informatie
Deze website wordt beheerd door de Commissie Populier van de KNBV. Deze website is gebouwd door Stichting Populier in samenwerking met Stichting Probos. De actualisatie van de site in 2020 is mede mogelijk gemaakt door giften van Stichting Fonds A.H. Martens van Sevenhoven, Stichting De Roos-Gesink, Russell-ter Brugge Fonds en Gravin van Bylandt Stichting.